Oog voor kinderen in een kwetsbare positie

Ondersteuning en onderwijs op afstand

Minister Slob stuurde op 20 maart jl. een brief over de manier waarop het basis- en voortgezet onderwijs zoveel mogelijk doorgaat ondanks de crisis rondom het coronavirus. En hoe leraren en scholen worden ondersteund om leerlingen en studenten onderwijs op afstand te geven.

Hierbij benadrukt hij de aandacht voor leerlingen die thuis meer begeleiding nodig hebben, bijvoorbeeld omdat ouders de Nederlandse taal niet goed beheersen of niet de goede begeleiding kunnen bieden. Leraren weten heel goed welke kinderen dat zijn. Kinderen brengen immers normaal gesproken veel tijd op school door. Nu zij niet naar school of de kinderopvang gaan, is het extra van belang dat scholen, kinderopvangorganisaties en gemeenten samen deze kinderen in beeld hebben en kunnen bereiken. Voor sommige scholen en kinderopvangorganisaties zal het een enkele leerling betreffen, voor anderen zal het gaan om een groter deel van hun leerlingen. Maatwerk op lokaal niveau is nodig om de ontwikkeling van kinderen in een kwetsbare positie te waarborgen. We zien dit op veel plekken inmiddels gelukkig al tot stand komen.

Om ervoor te zorgen dat geen kind vergeten wordt, heeft de minister met gemeenten en sectorraden afgesproken dat de gemeenten het initiatief nemen om te identificeren voor welke kinderen extra maatregelen getroffen moeten worden. Zij werken daarbij nauw samen met scholen, de scholen hebben immers goed in beeld welke kinderen extra zorg nodig hebben. Het is vervolgens ook aan de scholen om het initiatief te nemen om tot een oplossing op maat te komen, zo nodig in samenwerking met gemeente, scholen in de buurt, samenwerkingsverbanden en andere partijen. De minister vraagt aan gemeenten en scholen om hierbij rekening te houden met de privacyregelgeving wat betreft gegevensuitwisseling over kinderen in kwetsbare posities.

Meer informatie